Overlevenden van dikkedarmkanker kunnen nog jaren na de behandeling last hebben van neuropathie. Dit is een gevolg van chemotherapie. Bij neuropathie werken één of meerdere zenuwen niet goed meer. Patiënten voelen dan prikkelingen of tintelingen, een doof of veranderd gevoel, of pijn in handen of voeten. Uit onderzoek van Cynthia Bonhof (IKNL, Tilburg University) en collega’s blijkt dat hierbij onderscheid gemaakt moet worden tussen pijnlijke en niet-pijnlijke neuropathie. Alleen patiënten met pijnlijke neuropathie hebben namelijk een slechtere kwaliteit van leven. Volgens de onderzoekers moeten patiënten beter geïnformeerd worden over de invloed van pijnlijke neuropathie.
Doel onderzoek
Het doel van dit onderzoek was om te onderzoeken in hoeverre er onderscheid gemaakt moet worden tussen pijnlijke en niet-pijnlijke neuropathie. Bij niet-pijnlijke neuropathie is er specifiek gekeken naar de klachten ‘gevoelloosheid’ en ‘tintelingen’. In eerder onderzoek is namelijk gevonden dat deze klachten vaker voorkomen na chemotherapie.
Opzet en resultaten
Op het moment dat patiënten de vragenlijsten invulden, kregen zij 2-12 jaar geleden de diagnose 
dikkedarmkanker. In totaal waren er 477 patiënten die destijds chemotherapie ontvingen. Zij vulden vragenlijsten in over neuropathie en hun kwaliteit van leven.
Pijnlijke neuropathie kwam bij 9% van de overlevenden voor en niet-pijnlijke neuropathie bij 22%. Pijnlijke en niet-pijnlijke neuropathie waren minder vaak aanwezig bij overlevenden die langer geleden de kankerdiagnose hadden gekregen. Niet-pijnlijke neuropathie hing verder ook samen met een hoger tumorstadium bij diagnose, artritis, en meer angstsymptomen.
Overlevenden met pijnlijke neuropathie hadden een slechtere kwaliteit van leven vergeleken met overlevenden met niet-pijnlijke neuropathie en overlevenden zonder neuropathie. De onderzoekers vonden verder geen verschillen tussen overlevenden met niet-pijnlijke neuropathie en overlevenden zonder neuropathie*.
Conclusie en aanbevelingen
Cynthia Bonhof en collega’s concluderen dat pijnlijke neuropathie onderscheiden moet worden van niet-pijnlijke neuropathie. Alleen pijnlijke neuropathie hangt namelijk samen met een slechtere kwaliteit van leven. Patiënten zouden dan ook goed geïnformeerd moeten worden over de samenhang tussen pijnlijke neuropathie en hun kwaliteit van leven.
Bovendien zouden patiënten volgens de onderzoekers ook gecontroleerd moeten worden op pijnlijke neuropathie omdat hiervoor, hoewel zeer beperkt, behandelopties beschikbaar zijn. Ook is meer onderzoek nodig om vast te stellen of pijnlijke neuropathie apart gezien moet worden van niet-pijnlijke neuropathie als het gaat om voorspellers, mechanismen en behandeling van deze aandoening.
* Belangrijk is om te benadrukken dat het hier gaat om neuropathie na chemotherapie. Klachten van neuropathie komen ook bij mensen zonder kanker voor. Zo hebben oudere mensen vaker last van neuropathie en komen neuropathie-achtige klachten ook voor bij mensen met andere aandoeningen, zoals diabetes, artritis en reuma.