EINDHOVEN – Uit onderzoek blijkt dat (ex-)kankerpatiënten hun specialist vaker bezochten in vergelijking met de doorsnee Nederlander. (Ex-)patiënten met het Hodgkin lymfoom gingen ook vaker naar hun huisarts. Dit blijkt uit gezamenlijk onderzoek van het IKZ en de Universiteit van Tilburg waaraan alle ziekenhuizen in de regio van het IKZ (regio Zuid Nederland) deelnamen.
Met behulp van de kankerregistratie werden alle patiënten geselecteerd die tussen 1989 en 1998 (5-15 jaar na diagnose) gediagnosticeerd waren met lymfklierkanker, prostaatkanker en baarmoederkanker in de regio van het IKZ. In totaal ontvingen 1893 patiënten een vragenlijst via hun behandelend specialist; 1511 (80%) patiënten namen deel. Het zorggebruik van deze patiënten werd vergeleken met het zorggebruik van de Nederlandse populatie.
Meer contact met hulpverleners
Uit dit onderzoek blijkt dat (ex-)kankerpatiënten hun specialist vaker bezochten in vergelijking met de doorsnee Nederlander. Ex-patiënten met het Hodgkin lymfoom gingen ook vaker naar hun huisarts. Slechts weinig (0-3%) ex-kankerpatiënten maakten gebruik van extra nazorg zoals hulp van een diëtiste, seksuoloog, oncologie verpleegkundige, pastor, creatieve therapie of een revalidatie programma. Contact met een psycholoog, fysiotherapeut en lotgenotencontact kwam iets vaker voor.
Op basis van dit onderzoek mogen we concluderen dat patiënten, 5-15 jaar na diagnose, meer gebruik maken van de zorg dan de algemene Nederlandse populatie. Veranderingen in de gezondheidszorg, zoals minder administratieve taken voor de specialist en meer efficiëntie, zijn waarschijnlijk nodig om adequaat om te kunnen gaan met de stijgende werkdruk in de zorg.